Alweer zo'n mals regentje, we worden verwend. De pioenrozen worden door al dat vocht topzwaar. De rode zijn het zwaarst, de geknakte mogen naar binnen voor nog een paar dagen gepronk.
De witte beginnen al uit te vallen. Het kattekruid en de lavendel bloeien weelderig, het gras aan de overkant is beter gegroeid dan we gedacht hadden, het lijkt wel alsof alles een inhaalslag maakt.
's Avonds zitten we midden in de wolken, het dorp en de ruïne zijn onzichtbaar en er hangt een wolk in de crossbaan voor de sparretjes. Een eigen wolk, dat hebben niet veel mensen.
Ik heb net brooddeeg gemaakt en een vruchtencake gebakken. Het ruikt hier lekker. Wat een weelderig leven. Hmmmm.