Met ingang van woensdag 12 uur zijn wij allen confinés, aan huis gebonden, op last van de regering. De regering, we hebben een regering, het is een noodregering maar dat is precies wat het land momenteel nodig heeft. Als de coronacrisis voorbij is (if ever), zien we wel weer of er ooit een normale Belgische regering komt.
We moeten dus thuisblijven. Dat valt mee, thuis is 3,5 hectare groot. De paarden staan bij huis, niet ergens in een pensionstal waar je nu zelfs als eigenaar niet meer in mag. We hadden voor morgen afgesproken om met vrienden te gaan rijden, het samen eten erna hadden we al afgelast, en nu gaat het rijden ook niet door. Ach. Zij kunnen nu alleen nog thuis een rondje om hun weiland heen rijden, maar wij kunnen het bos nog in, er is daar toch niemand. Wat een geluk dat we niet op een flat wonen. Olivier komt donderdag onze mest uitrijden, ik neem aan dat dat gewoon mag. We zullen erop toezien minstens anderhalve meter bij hem vandaan te blijven.
Boodschappen doen mag nog, met per 10 m2 supermarché een klant gedurende maximaal 30 minuten, en dat is maar goed ook want de zuivel en groente aanvullen voor een week kan geen kwaad. Alle andere maatregelen gaan ons niet aan, we vervelen ons niet, het is voorjaar geworden, er is snoeiwerk in de tuin en de paarden blijven gewoon mest produceren. Die hebben geen weet van corona.
We zijn gezond en wel. Dat is het belangrijkste.