Op dag twee en drie zag het afspenen van HiTime er vanwege de regen wat sneu uit. Natte paarden hingen elk aan een kant van de omheining wat rond zonder veel interesse in scharrelen. 's Middags gaven we ze daarom een baaltje hooi bij de boxen zodat ze in elk geval onder dak stonden, en Harissa dan in een box, waar HiTime niet bij kon. Dat ging prima. Hij drentelt wat rond en eet bij deze en gene een hapje hooi mee. Geen sprake van een traumatische ervaring, en Harissa vindt het ook allemaal best.
Er was jacht, maar we hoorden alleen 's ochtends een paar schoten. Ook hoorden en zagen we een buizerd, die ondanks de regen toch zijn rondjes zweefde, speurend naar een natgeregende muis.
Tegen het middaguur kwam er ruiterbezoek aan het hek. Het was H, die gedag kwam zeggen. Haar merrie heet Taxi, wat mij handig lijkt: als je het dier uit de wei wilt halen hoef je maar te roepen.
Op de hooistapel zat intussen een verrassing: een jong katje dat we niet kenden, een beetje schuw. Ik schat twee maanden oud. Het mauwde wat, maar na voorzichtig benaderen bleef het wel zitten. Ik weet niet of zo'n jong dier al helemaal voor zichzelf kan zorgen, zoals Nero, dus ik gaf hem wat brokjes in een bakje, die lustte hij wel. Daarna ging hij zich zitten wassen, aandoenlijk hoor.
Geen foto nog, we wilden hem niet laten schrikken. Het is een mooi zilvergrijs tijgertje, met een patroon op de vacht dat de letters O C vormt. Ocee, om te beginnen een aardige naam. Als het hem te bedreigend werd, schoot hij langs de hooibalen naar beneden in een holletje, down under als het ware. Aussie dus, bijna hetzelfde uitgesproken als Ocee, we zien wel wat het gaat worden.
Kijk, ik weet helemaal niet of hij blijft, misschien zien we hem wel nooit meer terug. Maar ik log het toch, anders krijgen we later net zo'n situatie als met Het Ventje, van wie we niet meer weten wanneer precies hij ons geadopteerd heeft (januari 2006, zijn eerste log-verschijning op serendips.org, dat is alles wat we kunnen achterhalen).