Een redelijk hete zomerdag (28°) met wat wind, dat is tegenwoordig normaal. Maar toch niet helemaal normaal. Toen ik even opkeek tijdens het dweilen van de keukenvloer zag ik de paarden collectief uit de boxen tevoorschijn schieten en het achterveld in stormen. Waar keken ze naar? Er was een windhoos, een zandduiveltje. Dat hadden ze vast nog nooit eerder gezien, en wijzelf ook niet. De paarden vonden hem maar eng, een onbekend wezen dat het zand hoog liet opstuiven en het crossbaanhek met een smak dichtgooide zonder dat je kon zien wie het deed.
Het was dan wel een klein windhoosje, ik schat hem een meter of vier hoog, maar toch krachtig. Hij stak zand opwervelend het veld over, wierp enkele uitgedroogde mestballen op ons terras, verschoof twee metalen tuinstoeltjes en dat was het. Geen schade.
Maar toen ik het hek dat hij had dichtgesmeten weer open wilde zetten, viel dat niet mee. Het is een stevig hek, waarvan de middenpaal op een klos rust, maar nu ook weer niet een model dat veel wind vangt. De windhoos had het over de klos heengetild. Ik kon het maar met moeite er terug overheen tillen, zwaar. Wat een kracht, terwijl het niets dan wat rondwervelende lucht is. Indrukwekkend.
's Avonds lieten we de paarden nog een tijdje scharrelen in het afgezette strookje achter de mesthoop. Het is zo smal dat ze er niet alle vijf tegelijk in kunnen zonder elkaar dwars te zitten. Vandaar dat er bij de ingang toezicht werd gehouden door Darth Vader. Die zien we hier ook niet elke dag. Alleen als er echt te veel knaasjes zijn.