Ons hooi - versie 2018 - is binnen. We haalden 300 baaltjes en drie rollen van de overkant. Wel met hangen en wurgen want dit jaar gebeurde waar ik al jaren mijn hart voor vasthoud: Oliviers petite botteleuse gaf midden in de werkzaamheden de geest. En dat terwijl het zo veilig leek, hij heeft er nu immers twee. Een degelijke back-up. De eerste had wel een mankement, maar dat wist R snel op te lossen. Alleen toen Olivier bij ons weiland kwam aanzetten bleek er nog iets anders mis mee en moest hij terug om nummer twee aan te haken.
Dat was ook geen groot succes. Die machines maken allerlei best ingewikkelde bewegingen (oprapen inelkaarpersen doorduwen bindtouwomheenwikkelen touweindjeslosknippen hooibaaluitspuwen) dus er loopt gauw iets mis of vast, tenzij je je materiaal goed onderhoudt en het aan het eind van het hooiseizoen grondig naloopt, oliet en werkend opbergt. Maar eh. Als ik zeg dat Olivier over het algemeen mankementen te lijf gaat met een hamer, hoef ik verder niet uit te wijden over zijn machineonderhoud.
De back-up botteleuse begon. Eerst leverde ze op elke tien balen een mislukte af, na een tijdje werd dat op elke tien balen een goede, zodat het dubbel en driedubbel werk was, en toen hield ze ermee op. Elle est morte, zei Olivier. Reanimatie is mogelijk maar niet stante pede. Wat nu. Er lagen nog wat zwelen, en behalve bij ons heeft hij nog veel meer velden waar moet worden gebaald. Nou, zei ik, je hebt toch een rollenpers, maak dan maar rollen voor ons. Normaal willen wij geen rollen want die zijn zwaar en moeilijk te hanteren (ter vergelijking voor de maat de rollen van de naburige veehouder), maar ik heb toch altijd nog liever een rol dan een berg los hooi.
Bovendien perst hij niet van die enorme rollen die alleen met een reuzentractor met speciale grijper te laden zijn dus dat valt mee. Hij bood nog aan, de rollen later te komen omwisselen voor baaltjes, maar ik wil ons eigen hooi, waarvan ik weet wat erin zit. Oké dan. Zodoende hebben wij voor het eerst van ons leven drie hooirollen. Primeurtje. Eigenlijk wel goed, dan doen we daar ervaring mee op. Het viel mee. R prikte de rollen aan de vork en reed achteruit de helling op naar de hooibox (ter vermijding van het risico van afglijden-en-naar-het-dorp-rollen) en we wurmden ze op de klaargelegde pallets. Prima. Goedgekeurd door Titan.
We hadden dit jaar geen van beiden veel plezier aan het hooien. Er kwam een ploeg van drie mannen en drie vrouwen helpen, op zich handig en gezellig, maar door al het gedoe heeft R de hele avond losgeraakte hooibalen uit elkaar lopen harken en ik had weinig zin in het gezelschap van giechelende meisjes (waarvan een op hoge hakken en een met blote benen, die duidelijk niet door hadden gehad waar ze voor gestrikt waren), dus ik ben maar onkruid gaan uittrekken in het achterveld. Ook nuttig, maar de charme van het hooien is juist dat je er warm en kriebelig en doodmoe van wordt, en na afloop zeer voldaan. Dat hebben we gemist, maar we zijn blij dat het voor elkaar is en volgend jaar beter.
Tussen de bedrijven door zaagde de kettingzager de afgelopen dagen bijna het hele perceel sparren om, de veearts kwam voor de griep- en rhinovaccinatie, we dronken champagne met onze vriend de hengsteneigenaar om de geslaagde inseminatie van Harissa te vieren, en Sunshine kwam een moeilijk paard van een kennis longeren in onze roundpen. Het zand stoof hoog op. Ook kwamen er donderdag twee Mannetjes de goten aan het boxen- en het schuilstaldak monteren. Ze werkten snel en grondig en hadden de klus voor de middag klaar. R heeft al een begin gemaakt met de verlichting en nu kunnen ook de regenpijpen gemonteerd. Dat heeft geen haast want de komende twee weken wordt geen regen verwacht, wat best zorgelijk is want het gras in het maailand moet wel weer gaan groeien.
We zijn aardig druk geweest. Nu een paar dagen bijkomen, daar zijn we wel aan toe.