Het werd tijd om wat met de mest te doen. Twee jaar lang alles naar de hoop kruien is goed, maar er moet ook wat mee gebeuren nadat het allemaal netjes gecomposteerd is. Nu de paarden voor dit jaar definitief uit het weiland aan de overkant zijn vertrokken, kunnen we de mest daar uitrijden.
We schepten samen in, ik reed de trekker met een slakkengang vooruit en R schepte uit. Stug doorwerken. Twintig bakken, verdeeld over drie dagen, op regelmatige hoopjes in het weiland verspreid. Een groot voordeel van paardenmest is dat het compleet geurloos is. Goed spul. Als het straks een paar dagen geregend heeft, kunnen we het land slepen en dan ligt het er weer mooi winterklaar bij. Op naar de volgende ronde.
Een eeuwige kringloop. De mest gaat op het weiland zodat er goed gras kan groeien en prima hooi voor de winter, de paarden eten het en maken er weer mest van, die na compostering weer de wei op kan, zodat de paarden ... etc etc. De natuur is zo mooi. Het proces voltrekt zich bijna helemaal vanzelf.
Met tussenkomst van boer Biet en zijn vrouw, dat wel.