Na drie uur lang door het lege huis wandelen met een loodgieter, een electricien, een ingenieur, een architect, een opzichter en een verwarmingsman (oef, zes verschillende afterhaves door elkaar op de maandagmorgen), al pratend en beslissend over stopcontacten, ventilatiekanalen en afvoerpijpen, waren we compleet gaar.
De middag besteeden we daarom aan iets leuks. We brachten oude spreekwoorden en gezegden in beeld.
'Daar behoort meer tot een ruiter, dan twee beenen op een paard te werpen'
Daar behoort bijvoorbeeld weideonderhoud toe, en twee beenen op een tractor werpen. Eerst haalden we met de aanhanger Freds zelfgemaakte débouseuse op in Grandvoir. De laatste tijd kregen we links en rechts weideslepen in allerlei vormen en staten aangeboden om uit te proberen, maar de meeste leken te zwaar voor ons trekkertje. Die van Fred is een verbouwde H-balk die nog te tillen is. Na een kleine aanpassing (trekketting in plaats van rafeltouw) sleepten we het ruïneveld ermee. Dat ging gesmeerd. Hij heeft geen sophisticated klepjes en glijders maar hij plet de bossen en verspreidt de mest afdoende.
Ook kon hiermee het gezegde 'Het leven begint bij zestig' worden geïllustreerd in beeld en geluid.
Met drie kwartier was het karwei geklaard. Daarna was het een kwestie van de zonsondergang tegemoet rijden ... Avondrust. Hihi.